Bloem in Tunische haaksteek

Je hebt nodig haakgaren naar keuze (het mooist is katoenen garen, daarmee komt het patroon het beste uit) en een bijpassende haaknaald. Als je strak haakt is het slim om een grotere haaknaald te gebruiken. Je kunt dit patroon met een gewone haaknaald haken, want de toeren bestaan hoogstens uit 10 lussen op de naald. Gebruik als het kan een rechte haaknaald, dan blijven de steken even groot.

Afkortingen:
l. = losse(n)
h.v. = halve vaste(n)
v.  = vaste(n)

Elke toer bestaat uit twee delen, een heengaande en teruggaande. Om die reden noem ik de toeren dan ook b.v. toer 1 heen en toer 1 terug. 

Je begint met het haken van 4 lossen, sluit deze met een h.v. tot een ring.

1e toer: 5 v. in de ring, sluit de toer niet met een h.v. Haak 7 l.
2e toer heen: vanaf de 2e l. op je haaknaald ga je uit elk van de volgende 6 l. 1 lus ophalen, deze lussen laat je op je haaknaald staan en je haalt een lus op uit de 1e v. in de ring. Je hebt nu 8 lussen op je haaknaald staan.
2e toer terug: je maakt een omslag en haal de draad door 2 lussen op je haaknaald, dit herhaal je tot er nog 1 lus overblijft.
3e toer heen: 1 l, 7 lussen ophalen uit de verticale steekjes ( let op dat je het eerste verticale steekje niet overslaat, dit geldt voor alle heengaande toeren) en 1 lus uit de 1e v. Er staan nu 9 lussen op de naald.
3e toer terug: de draad telkens door 2 lussen halen tot er 1 lus overblijft.
4e toer heen: 1 l, 8 lussen ophalen uit de volgende verticale steekjes en 1 lus uit de 1e v.   Er staan nu 10 lussen op je naald.
4e toer terug: de draad telkens door 2 lussen halen tot er 1 lus overblijft.
5e toer heen: géén l, de eerste 2 verticale steekjes  overslaan, 7 lussen ophalen uit de volgende 7 verticale steekjes en 1 lus uit de 1e v.  Er staan nu 9 lussen op de naald.
5e toer terug: de draad telkens door 2 lussen halen tot er 1 lus overblijft.
6e toer heen: géén l, de eerste 2 verticale steekjes  overslaan,  6 lussen ophalen en 1 lus uit de 1e v. Er staan nu 8 lussen op de naald.
6e toer terug: de draad telkens door 2 lussen halen tot er 1 lus overblijft.
7e toer: géén l, 2 verticale steekjes overslaan, 1 h.v. in elk van de volgende 5 verticale steekjes en 1 h.v. in de 1e v.

Dit is het eerste bloemblaadje. Voor het volgende bloemblaadje haak je 1 h.v. in de volgende v. in de ring. je haakt nog 4 bloemblaadjes op dezelfde manier.
Draai je bloem om met de verkeerde kant naar je toe. Haak nu rondom de blaadjes een toer v.
Tussen de bloemblaadjes sla je een paar steken over.

Het hart van de bloem:
Zet 2 l. op.
5 v. in de 2e l. vanaf de haaknaald haken. Sluit de toer met 1 h.v.
* 5 v. om de vorige v. haken, sluit de toer met 1 h.v.*  Tussen ** nog 1x herhalen.
Naai het hart vast in de bloem.

Veel haakplezier, Catherine.